Jaarlijks onderhouden we onze woningen, waarbij we verschillende verbeteringen aanbrengen. Denk bijvoorbeeld aan het isoleren van de gevel of het installeren van zonnepanelen op het dak. Plekken waar vleermuizen en verschillende vogelsoorten graag zitten. In Nederland zijn vleermuizen, broedvogels en hun leefomgeving beschermd. Als we onderhoud willen uitvoeren aan onze woningen, moeten we eerst maatregelen nemen voordat we daarmee kunnen beginnen.
Bescherming volgens de wet
“Als onderdeel van ons werk moeten we rekening houden met de Wet natuurbescherming”, legt Jurjen Tees uit, projectleider bestaande bouw. “Deze wet beschermt bedreigde dieren. Als we ergens onderhoudswerkzaamheden willen uitvoeren, onderzoeken we samen met onze ecoloog of er beschermde dieren in het gebouw aanwezig zijn.”
Uithuizen kost tijd
“Meestal treffen we bij woningen de gierzwaluw, de gewone dwergvleermuis of de huismus aan”, legt Armel Brinkman uit, ecoloog bij KP Adviseurs. “Deze dieren moeten eerst een nieuwe verblijfplaats krijgen, voordat Rijnhart Wonen kan beginnen met verbouwen. En dat kost tijd. Voor het onderhoud aan de eengezinswoningen in de Bonifaciusstraat begonnen we bijvoorbeeld al in 2020 met de onderzoeken. We kijken eerst welke diersoorten er zitten, hoeveel het er zijn en hoeveel verblijfplaatsen ze hebben. Omdat er vleermuizen en huismussen bij de woningen zaten, hebben we tijdelijke vleermuiskasten en nestkasten opgehangen in de omgeving. Daarvoor vragen we om toestemming bij de provincie. Na akkoord van de provincie en pas als alle vleermuizen en huismussen uit de woningen zijn verhuisd, kan Rijnhart Wonen met de werkzaamheden beginnen.”
Denken in stenen én natuur
"Het is belangrijk dat dieren ondanks werkzaamheden door de mens in een buurt kunnen blijven leven", vertelt Armel. “Neem bijvoorbeeld vleermuizen. Die zijn dol op muggen. Door de vleermuizen te helpen, helpen zij ons weer van die vervelende muggen af.” Jurjen: “Als een project bijna is afgerond, zorgen we daarom weer voor permanente verblijfplaatsen. We maken de daken weer geschikt voor de huismus, en vleermuizen krijgen inbouwkasten in de gevel. Zo denk je dus niet alleen in stenen, maar ook in natuur.”
